Drinkwaterinstallatie

Inleiding

Water is één van de eerste levensbehoeften. Zonder vers water kunnen wij niet voortleven, hoewel het meestal niet de eerste grote zorg is van veel camperaars; je kunt immers bijna altijd wel aan drinkwater komen, desnoods in flessen in de supermarkt. Alle campers hebben schoonwatertanks, in grootte varierend van 60 liter tot wel 180 liter. En hoewel het drinkwater in de meeste Europese landen veilig en betrouwbaar is, kan het water in de watertanks van je camper na enige tijd toch onbetrouwbaar worden. Vuil kan in de tank terechtkomen en er kunnen allerlei bacteriën en nare geuren ontstaan. Met deze tips heb jij de juiste middeltjes om de schoonwatertank schoon te houden!

Watertank vullen

Om de watertank te vullen is het handig als je een paar hulpmiddelen hebt: een slang, slang- en kraankoppelingen en een vulstuk. Als slang gebruik ik een oprolbaar flexibel exemplaar in een cassete van 32 x 5 x 37 cm; hij is 15 meter lang en aan begin en eind zitten koppelingen vast die passen op de bekende gardena koppelingen. Om te voorkomen dat er vuil in de watertank komt, heb ik een vulstuk gemaakt. Dit vulstuk is simpel een stukje slang van 50 cm lang met daarop een gardena koppelstuk. Dit steek ik in de vulopening (het koppelstuk is te breed voor de vulopening en dus kan het geheel niet in de tank vallen) en pas daarna sluit ik de slag aan. Vaak ligt de slang bij een camper servicepunt op de grond waar misschien net even tevoren een andere camper zijn vuilwater heeft geloosd. In de vulopening van de watertank zit op die manier bij mij altijd een schone slang!
Voor de aansluiting van de slang aan de kraan heb ik vier kraanstukken van verschillend formaat (1/2″, 5/8″, 3/4″ en 5/4″). Tot slot ook nog een zogenaamde waterdief: een kraanstuk dat je op een kraan zonder schroefdraad kunt aansluiten. Op die manier kan ik bijna altijd mijn watertank vullen met water uit de kraan bij een camper servicepunt.
Voordat ik ga vullen laat ik altijd eerst het water door de slang stromen om daarmee vuilresten (of mogelijk nog “oud” water) door te spoelen. Pas daarna sluit ik hem aan op het vulstuk. Op die manier weet ik zeker dat ik mijn tank vul met schoon water. Ik draai de dop van mijn waterinlaat EN LEG DIE OP DE BESTUURDERSSTOEL! Door ervaring wijs geworden, want vroeger legde ik hem op een muurtje of op de paal van de waterkraan en vergat hem daarna weer op mijn waterinlaat te doen. Bleef die netjes op het muurtje liggen en dan kwam ik er 3 dagen later achter dat ik hem vergeten was!

Als je de tank gevuld hebt, maak je de slang leeg. Dan blijkt hoe makkelijk een oprolbare flexibele slang (hier te koop) is, want op het haspel zit tevens een smalle sleuf die dienst doet als persstuk om het water al rollend er uit te persen. Het vulstuk wordt door mij apart opgeborgen in een plastic zakje zodat er geen vuil bij kan.

Vul je voor de eerste keer de watertank, zet dan, als de watertank voor een kwart vol is, de kranen open (ik zet altijd één van de kranen op koud water en de ander op heet water open). Op een gegeven moment “pruttelt” de kraan en vervolgens stroomt er water uit; zodra er een doorlopende stroom water uit de kraan komt doe je deze dicht. Zijn beide kranen dicht, dan weet je zeker dat:

  • er geen lucht meer in de leidingen zit, èn
  • de boiler volledig gevuld is.
    Vooral dat laatste is bij sommige type boilers van belang; hoewel de boiler in de Truma Combi 4 en 6 types niet gevuld behoeven te zijn (deze boilers werken met een warmtewisselaar en kunnen dus niet “droogkoken”), gaan andere typen of in storing of zelfs stuk als ze aan staan zonder geheel gevuld te zijn met water.
Speciaal kraanstuk: het Claber Kraanaansluitstuk Multifunctioneel

Dit kraanaansluitstuk is speciaal ontworpen voor badkamerkranen, maar past op alle kranen. Heb je deze in jouw bak liggen, dan kun je al die andere kraanstukken en waterdieven thuis laten. Beschikbaar bij Bol.com

Tot slot heb ik ook nog een kraansleutel bij me om een kraan waar de hendel van af is gedraaid in noodgevallen toch nog open te kunnen draaien. Bij kerkhoven wordt dat soms gedaan.

Hiermee vul ik mijn watertank

(Druk)pomp aan of uit als je de camper verlaat?

Velen vragen zich af of je de (druk)pomp moet uitschakelen als je de camper verlaat. Heb je een drukpomp dan is het heel simpel: uitzetten! En wel om de volgende reden: als jouw anti-vorstbeveiliging aanspringt en dus het tapkraantje onder de camper open gaat en je hebt de (druk)pomp niet uit gezet, dan pompt hij de hele watertank leeg en blijft vervolgens door pompen (met een stroomverbruik van 8A). Als je lang weg blijft trekt hij ook nog eens jouw accu leeg.
Nog erger wordt het als er een leiding losschiet: dan gaat hij ook pompen en pompt hij de hele watervoorraad de camper in! Dan zie je het water onder de deur uit naar buiten komen. Daarom: Pomp Uit!

Hoe laat ik al mijn water weglopen (winterstalling)

Voordat je de camper naar de winterstalling brengt of als je de camper gedurende langere tijd niet gebruikt, dan moet je het aanwezige water uit de tank, boiler, pomp en leidingen weg laten lopen. Denk daarbij overigens niet alleen aan de watertank en de waterleidingen: ook apparaten (zoals een koffiezetapparaat, Senseo, Nespresso e.d.) bevatten waterreservoirs in worden nog wel eens vergeten! Water bederft op een gegeven moment en wordt dan een bron van besmetting; bovendien, als er water achter blijft, kan dat bevriezen en de leidingen, boiler en pomp beschadigen.
Het makkelijkst gaat dat door:

  1. de schakelaar aan/uit van de pomp op uit te zetten;
  2. tenminste één kraan open zetten op koud water (nu slaat de pomp niet aan!);
  3. tenminste een andere kraan open zetten op warm water;
  4. de vorstbeveiliging uittrekken (zie foto).

Als het goed is loopt er nu water onder uit de camper weg; door het natuurkundig principe van de communicerende vaten lopen al jouw leidingen leeg, de boiler leeg en ook de pomp verliest zijn water. Er blijft nog een heel klein beetje water in de watertank achter. Dat kun je er eenvoudig uit “zemen” met een handdoek.

Als je de camper uit de stalling hebt gehaald en je wilt de watertank weer vullen, moet je natuurlijk eerst de vorstbeveiliging weer activeren (anders loopt jouw water onmiddellijk weer naar buiten). Er zijn camperaars die dan niet begrijpen waarom de vorstbeveiliging voortdurend afvalt, niet blijft staan in de stand “dicht”. Waarschijnlijk is het dan nog te koud en kun je de vorstbeveiliging niet activeren. Zet eerst de verwarming aan, wacht een half uurtje en je zult zien dat het nu wel lukt!

Daarnaast zijn er camperbouwers die geen tapkraantje installeren aan de watertank, maar waarbij je het water door middel van een stop in de watertank moet laten weglopen. Dat is vrij onhandig. Beter zou zijn om een tapkraantje in de waterleiding te zetten, direct na het punt waar die leiding uit de watertank komt (alleen bij systemen met een drukpomp mogelijk).

En tot slot: heet water en verwarming, hoe regel je dat?

Velen van ons hebben een Truma Combi aan boord: een gasbrander die zowel als verwarming dient en, meestal via een warmtewisselaar, een boiler verwarmd; voor die laatste kun je veelal kiezen tussen 40⁰ en 60⁰. Veel camperaars vragen zich af of je de verwarming mag gebruiken zondar dat er water in de boiler zit. Het wantwoord is simpel: ja dat mag. Soms is dat ook nodig, want als de temperatuur onder de 4⁰ C zakt, gaat de vorstbeveiliging open en stroomt het water uit jouw boiler weg. Je moet dan eerst de verwarming aandoen, zodat de temperatuur rond die vorstbeveiliging (en de boiler) boven de 4⁰ C komt om daarna de vorstbeveiliging te activeren (dan sluit de klep) en kun je de boiler vullen.

Truma heeft twee regelunit’s: hier op de foto. Links de nieuwere versie en rechts de oudere versie. Heb je de linker-versie dan kies je met de buitenste ring de zomerstand (naar boven), waardoor je alleen de boiler aanzet en kunt kiezen voor 40⁰ C of 60⁰ C heet water. Kies je voor de winterstand (naar onderen), dan zet je de verwarming aan en kun je wederom de heet water temperatuur kiezen. Met de grote centrale zwarte knop stel je de thermostaat is op een cijfer tussen 1 en 7; hoe hoger het getal, hoe warmer. Welke temperatuur daar bij hoort moet je proefondervindelijk vaststellen (afhankelijk van de grootte van de camper)

Heb je een camper echt uit de oude doos (zo ongeveer van vóór 1995) dan kun je ook het volgende nog tegenkomen. Thuis ben je een mengkraan gewend en kun je met de kraan de hoeveelheid warm water en koud water regelen door hem open te zetten en te verdraaien. In oudere campers had je echter alleen een kraan waarmee je de waterstraal kon regelen dus tussen zacht en hard. De hoeveelheid warm-koud water regelde je met een aparte knop, die heel vaak in het front van het aanrechtblok was gemonteerd. Bij onze oude Hymer uit 1986 zat die regelknop naast de besteklade. Daarmee regelde je dus de koud/warm verhouding.

En helemaal nieuw: de allernieuwste versies van Truma kennen de mogelijkheid om in de winter alleen de verwarming aan te zetten: als tegenhanger daarvan kun je niet meer kiezen (in de winterstand) om de warmwatertemperatuur op 40⁰ te zetten.
De betekenis van de symbolen op het bedieningspaneeltje zijn:

Heb je de oudere versie dan kies je met de rechterschuifschakelaar naar boven voor winterstand (heet water en verwarming, vandaar de douche en kachel als symbool) en naar beneden voor zomerstand (alleen douche, dus warm water). Met de schuifschakelaar links kun je de watertemperatuur instellen: op 40⁰ C of 60⁰ C. Met de centrale knop in het midden met gradenverdeling van 5⁰ tot 30⁰ stel je de thermostaat van de verwarming in.

In totaliteit ziet de waterinstallatie er als volgt uit (schema is met dompelpomp, maar in plaats daarvan mag je ook een drukpomp in de centrale waterleiding, geplaatst net voor de koudwaterverdeler denken; in dat geval vervallen ook alle elekrische verbindingen tussen kranen en pomp, want de pomp reageert op drukverlies):

(Opgesteld: 25 juni 2020) Laatstelijk gewijzigd:27 april 2021

1) Neem een plank van ongeveer 15 cm breed en 75 cm lang en een tweede plankje van ongeveer 10 cm breed en 15 cm lang. Zaag het kleine plankje precies zodanig op maar dat hij in de schroefdop past en niet kan draaien zonder de dop mee te laten draaien. Schroef dit plankje vervolgens op de brede plank aan één uiteinde. Door nu de brede plank met het smalle plankje in de schroefdop te leggen en er met kracht op te drukken, kun je, door de plank tegen de wijzers van de klok in te draaien, de schroefdop open krijgen.